Toon items op tag: europeseverkiezingen

Op donderdag 6 juni a.s. vinden de verkiezingen voor het Europees Parlement plaats. De opkomst in 2019 was slechts 42%, dus we zouden deze keer beter van ons democratisch recht gebruik moeten maken. Velen zullen echter het gevoel hebben dat er van democratie weinig sprake is als een niet door Europese burgers gekozen Europese Commissie allerlei wetten voorstelt waar het wel gekozen Europees Parlement heel weinig invloed op kan uitoefenen. De regelzucht vanuit de EU wordt steeds voelbaarder, want talloze regels en wetten door de EU opgelegd aan de lidstaten verplichten Nederland tot aangepast beleid o.a. op het gebied van landbouw, duurzaamheid, milieu, gezondheid, energie en digitalisering. Overal zijn wel Europese richtlijnen voor. Ex-minister Kaag zei eens:” 80% van onze wetten zijn Europees”. Deze zijn over het algemeen bedoeld om gedeelde problemen gezamenlijk aan te pakken, maar wanneer je een kabinet hebt waarvan de premier de overduidelijke ambitie heeft, ook al heeft hij dat steeds ontkend, om na zijn premierschap een toonaangevende functie in het Westen te gaan bekleden, dan moet je niet verbaasd staan als Nederland het beste jongetje van de klas wil zijn op belangrijke punten. Maar al te vaak kwam het commentaar van Rutte neer op “Het moet van Brussel.”

De stikstofcrisis en de woningcrisis zijn direct te herleiden tot dat gegeven. Ook het feit dat we als Nederland op een zeer riskante manier actief betrokken zijn bij de oorlog in Oekraïne is een direct gevolg van Rutte’s ambities. Het meest voelbaar zijn waarschijnlijk de klimaatdoelen die men zich gesteld heeft. Zonder zich nog af te vragen of de klimaatmodellen wel betrouwbaar zijn en, wat een nog essentiëlere vraag is, of je CO2 wel de schuld van alles kunt geven. Biljoenen euro’s worden geïnvesteerd, en nog vele meer in de komende decennia, in maatregelen waarvan niet vaststaat dat ze het beoogde effect zullen hebben en waarvan de duurzaamheid zeer twijfelachtig is, hetgeen al snel blijkt wanneer je je nader verdiept in het totale productie- en recyclingproces alsmede de milieueffecten van bijvoorbeeld windturbines, zonnepanelen en elektrische auto’s.

Dalend vertrouwen in de politiek.

Bovenstaande feiten hebben niet bepaald een positief effect op het vertrouwen van de Europese burger in de Europese democratie. Ook het gebrek aan transparantie bij de ingewikkelde besluitvormingsprocessen lijkt niet bepaald een stimulans om te gaan stemmen. Bovendien wekt de EU sterk de indruk te smijten met Europees geld en dan met name van de rijkere (lees: noordelijke) lidstaten. Het feit alleen al dat er een week per maand in Straatsburg wordt vergaderd en dat dus hoge verhuiskosten en logistieke uitdagingen tot gevolg heeft, doet velen verbaasd staan. Elk van de ruim 700 parlementariërs ontvangt, ongeacht uit welk land, ruim € 14.000,- per maand, exclusief reiskostenvergoeding, dagvergoeding per officiële vergadering, pensioenkosten en ziektekosten. Het Parlement alleen al kost dus ongeveer € 2 miljard. Hier mag dan toch wel het een en ander tegenover staan, zou je zeggen: een grote toewijding aan georganiseerd wantrouwen, want dat is de essentie van echte democratie.

Toch gaan stemmen? 

Mocht je als mondige burger dan toch de stap naar de stembus willen wagen, dan rijst vervolgens de vraag waar je stem eigenlijk terecht komt. Je stemt op een kandidaat van een Nederlandse politieke partij die in het Europese Parlement veelal onderdeel uitmaakt van een Europese fractie. Een fractie kan dus bestaan uit gekozen leden van allerlei verschillende landen met een heel verschillende culturele achtergrond en heel verschillende meningen, maar kennelijk hebben ze elkaar gevonden op bepaalde hoofdlijnen. Het lijkt eigenlijk een beetje op de huidige nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB. In Europa zit de VVD in dezelfde fractie als D66, terwijl D66 nu een oppositiepartij is in Nederland.

Waarop stemmen als je minder regelzucht vanuit Europa wilt en meer soevereiniteit voor Nederland?
 

Het is van groot belang om behalve naar het verleden ook naar de toekomstige plannen van de EU-commissie te kijken. De Covid-19 crisis heeft, behalve een aantal nutteloze, dure en schadelijke beslissingen door het kabinet Rutte, ook geleid tot rigoureus Europees beleid in de vorm van een zogenaamd Corona Herstelfonds van ruim 800 (!) miljard (!) euro. (Dan hebben we nog niet over de geheime miljarden-deal van EU-commissie voorzitter Ursula von der Leyen met de CEO van Pfizer, Albert Bourla, waarvoor ze nog vervolgd gaat worden.) Dit herstelfondsbedrag is op de kapitaalmarkt geleend geld. De EU-landen kunnen aanspraak maken op subsidies en leningen. De door corona meest getroffen landen zijn kennelijk Italië en Spanje en deze twee kunnen dan ook rekenen op het meeste geld. Dit fonds wordt door de EU commissie ook wel ‘NextGenerationEU' genoemd (“Never waste a good crisis.”) Dit houdt in dat het fonds in feite gebruikt wordt om EU-landen richting duurzaamheid (lees: klimaatmaatregelen) en digitalisering te bewegen. Nederland krijgt als een van grootste nettobetalers slechts € 5,4 miljard toebedeeld, hetgeen ongeveer 0,65% is van het herstelfonds. Overigens heeft Nederland op dit moment nog steeds geen geld gevraagd.

De focus van de EU ligt dus op klimaatmaatregelen en digitalisering. De klimaatmaatregelen leiden nu al tot gigantische investeringen en energie- en milieuproblemen o.a. door het afschakelen van aardgaswinning in Nederland en in Duitsland van kernenergie- en kolencentrales en noodgedwongen inschakelen van bruinkoolcentrales. Je hoort regelmatig over stroomstoringen en tijdelijk afschakelen van zonneparken en windparken door overbelasting van energienetwerken en toch ligt er het voornemen om in 2030 enkel nog elektrische auto’s te produceren. Energieprijzen zullen na het opblazen van de Nordstream-pijpleidingen structureel stijgen. Deze energiecrisis heeft de EU zelf over zich afgeroepen door zich slaafs te laten meeslepen in een door de VS gestimuleerd conflict met Rusland in plaats van de diplomatieke banden met dit land te versterken in een poging Europa te verenigen en vrede te bevorderen. Daarnaast heeft het andere aandachtspunt Digitalisering als een van de ogenschijnlijke doelen om het leven te vergemakkelijken.

Deze technocratische ontwikkeling heeft echter een belangrijke keerzijde: totale controle van de burgers. Het ideaal van de EU zou zijn om al zijn burgers tot een digitale identiteit te verplichten en liefst ook een digitale wallet te geven bij Europese Centrale Bank (ECB). Central Bank Digital Currency, zeg maar digitale cash, zou de EU de mogelijkheid geven om de uitgaven van burgers te volgen en te sturen. Dit raakt dus de kern van onze individuele vrijheid. Ook komt er, om de burgers te beschermen tegen digitale oplichterij en desinformatie een zogenaamde Digital Services Act (DSA). Wie gaat echter bepalen wat desinformatie is? Is dat informatie die afwijkt van de voorgeschreven werkelijkheid? Kortom, er is meer dan genoeg reden om deze ontwikkelingen tegen te gaan. Op dit moment kan dat slechts op twee manieren: door massaal te stemmen op partijen die de macht van de EU willen inperken, een tendens die momenteel in meerdere landen zichtbaar is. Een andere mogelijkheid is als Nederland uit de EU stappen en daarmee andere lidstaten tot een rigoureuze reset dwingen van het het EU-systeem, wellicht terug naar de oorspronkelijke handelsunie die de EU ooit was.

 
Gepubliceerd in Ingezonden stuk